Use the buttons to browse through the AA articles archive or to find out more about the newspaper and distribution.
17/5/2021 / Issue #036 / Text: Jaap Draaisma, Niels Niessen

Wooncoƶperaties: elitair of inclusief? In gesprek met de Nieuwe Meent

Het Vrij Beton-initiatief van Amsterdam Alternative staat voor collectief eigendom: zelf een pand ontwikkelen en runnen, gemeenschappelijke verantwoordelijkheid en samenwerken. We willen projecten ontwikkelen die betaalbaar, ontspannen en inspirerend zijn. Daarmee zit Vrij Beton in de hoek van de DIY-projecten, vrije ruimte-panden en wooncoöperaties. Maar zijn dit soort projecten niet slechts weggelegd voor jonge hoogopgeleiden met tijd en kennis? Hebben de grote groepen die op sociale huurwoningen en voorzieningen zijn aangewezen hier wel iets aan?

Amsterdam Alternative sprak over deze en andere vragen met Reinilde Jonkhout en Josta van Bockxmeer van de Nieuwe Meent (dNM)—een zelfstandige wooncoöperatie die in Amsterdam-Watergraafsmeer een gebouw van zeven verdiepingen voor ruim vijftig bewoners gaat bouwen. Het ontwerp telt vijftien individuele sociale huurwoningen en vijf woongroepen met elk vier tot zes bewoners. Er komt ook een werk- en evenementenruimte. Reinilde zit in de mediawerkgroep, Josta is medeoprichter (en schrijft zelf over wonen voor de Correspondent).

Kunnen jullie kort iets vertellen over de Nieuwe Meent en hoe ver jullie zijn?

In 2018 heeft een groep mensen gereageerd op een tender (prijsvraag voor groepen die een stuk grond willen om een wooncoöperatie te bouwen). Dit om te mogen bouwen op het Archimedesplantsoen. Momenteel bevindt dNM zich in de crowdfunding-fase. Vijftig procent van de beoogde 450 duizend euro is inmiddels binnen. Ook hadden we onlangs een tweede toelatingsronde voor toekomstige bewoners. Dertig van de veertig wooneenheden zijn nu toegewezen. In deze ronde speelden diversiteit en intersectionaliteit binnen de woongemeenschap een belangrijke rol. De bouw zou eigenlijk in september beginnen maar is iets vertraagd. Waarschijnlijk kunnen we nu januari 2022 beginnen.

 

Zijn initiatieven als Vrij Beton en wooncoöperaties niet vooral een manier voor creatieve, hoogopgeleide middenklassengroepen om voor zichzelf de zaken goed te regelen?
Reinilde: Op dit moment is het vooral belangrijk te laten zien dat het kán om wooncoöperaties te ontwikkelen. Het is veel werk en het is inderdaad wel de vraag hoe toegankelijk het systeem is. Daarom moeten we tegelijk blijven kijken hoe wooncoöperaties in de toekomst gemakkelijker opgezet kunnen worden.
Josta: Bij de Nieuwe Meent begonnen we inderdaad met een groep die voornamelijk wit en hoogopgeleid was. Maar inmiddels zijn we erin geslaagd een behoorlijk diverse groep samen te stellen wat betreft etniciteit, opleiding en sociaaleconomische achtergrond. Ons project bestaat alleen uit sociale huur. Er zijn bewust geen duurdere woningen in ons project, om geen scheiding tussen mensen met verschillende inkomens te krijgen.

Hoe maak je een wooncoöperatie diverser?
Vanuit de Nieuwe Meent verlagen we de drempel zoveel mogelijk. Er blijven natuurlijk wel toelatingseisen, want je wilt dat mensen de kernwaarden van collectiviteit en medeverantwoordelijkheid écht onderschrijven. Je gaat tenslotte een intensieve relatie met elkaar aan, zeker in een woongroep. Woongroepen hebben vaak een eigen identiteit. De interne cohesie bepaalt de kracht van een groep, het zijn soms mensen die elkaar al kenden voor de Nieuwe Meent.
Bij de werving en selectie van mensen verbinden we ons met andere netwerken zoals dat rondom BIJ1. Momenteel bestaat ongeveer de helft van de groep uit mensen van kleur. Maar het blijft wel een zoektocht naar wat diversiteit voor ons precies betekent. De discussie daarover is soms ook wel emotioneel. Verder zitten in ons project drie woningen voor mensen met een fysieke beperking en komt er in de woongroepen-toren een lift. Zowel in het huurcontract als in het huisreglement zullen we regels opnemen om een veilige en inclusieve gemeenschap te waarborgen.

Hoe maak je het opzetten van een wooncoöperatie makkelijker?
Om in het huidige systeem een project van de grond te kunnen krijgen moet je professioneel ontwikkelaar worden. Dat zou inderdaad makkelijker moeten worden, bijvoorbeeld door procedures simpeler en regels helderder te maken. En door advies en financiering makkelijker te maken. Om grote aantallen woningen door wooncoöperaties te laten realiseren heb je een enorme infrastructuur nodig aan advisering, procedures, financiering, etc. In de tender waar wij aan meededen gaf de gemeente vijf duizend euro subsidie aan de groepen die het niet werden. Dat is een goede eerste stap.

Wie gaan er wonen in de Nieuwe Meent?
Dat zijn mensen die nu meedoen met de ontwikkeling van het project. Voor de zelfstandige sociale huurwoningen komen mensen met lage en lage middeninkomens in aanmerking. In de toren komt op elke verdieping een woongroep. Het is heel moeilijk om de woonruimte betaalbaar te houden. Ook sociale huurwoningen in de nieuwbouw zijn duur: tot 740 euro per maand. Voor velen zijn deze alleen met huurtoeslag bereikbaar. Dat maakt het project kwetsbaar. Wel kun je in woongroepen onderlinge financiële solidariteit organiseren.

Van wie is de Nieuwe Meent?
Van de coöperatieve vereniging. Het idee is zeggenschap te krijgen over je eigen woonruimte en deze zelf te ontwikkelen. Dus geen houding van “wij hoogopgeleiden doen het voor anderen” maar een gezamenlijk project waarbij iedereen mee kan doen. De vraag blijft natuurlijk: Hoe maak je het zo simpel en toegankelijk dat dit ook echt kan?

Hoe houden jullie actieve betrokkenheid vast?
Josta: van oudere krakers hoor ik wel dat zij teleurgesteld zijn over het wegvallen van zoveel mensen die vroeger actief betrokken waren bij collectieve projecten. Iedereen die meedoet zit in een commissie en werkt praktisch mee. Daarnaast geven we alle gebruikers van het pand de mogelijkheid mee te beslissen. Dat doen we door naast de algemene ledenvergadering—bij ons heet deze de Meentraad—ook een vergadering te organiseren voor iedereen die zich bij het pand betrokken voelt: de Meentvergadering.

Een actieve inzet is voorwaarde om hier te mogen wonen. In deze fase van voorbereiding, plannen maken en onderhandelen is er weinig praktisch werk. Het is vooral praten, vergaderen en bedenken. Zodra de bouw van start gaat verandert dat. En helemaal als het klaar is. We willen dan ook niet uitgaan van het onderscheid tussen hoog- en laagopgeleid, maar het met z’n allen doen: handen- en hoofdarbeid. En verder betrekken we ook de buurtbewoners uit de Radiobuurt en Science Park, bijvoorbeeld via de evenementenruimte.

 

Hoe is het ontwerp? Kun je straks aan de vormgeving zien dat er iets bijzonders staat?
De Nieuwe Meent komt aan het nieuwe stationsplein van Science Park. De gemeente gaat dit plein inrichten en geeft ons ook subsidie voor het vergroenen van ons gebouw. Er komt een werkruimte aan het stationsplein en een laagdrempelige ontmoetingsruimte aan het binnenplein. Verder komt er een gemeenschappelijke binnentuin en op het lage dak een moestuin.

Wat is jullie relatie met de gemeente?
Wij zijn een pilot van de gemeente, de tweede na de Warren op IJburg. Dat betekent dat de gemeente wil leren van onze ervaringen rond zaken als grondprijs, advisering, statuten en ook de tender.

Volgens het actieplan wooncoöperaties van de gemeente moeten er de komende twintig tot dertig jaar zo’n 50 tot 60 duizend sociale woningen en middenhuurwoningen worden gerealiseerd door wooncoöperaties. Het is dus echt een speerpunt en dan met name van wethouder Laurens Ivens (SP). De gemeente durft heel wat verantwoordelijkheid uit handen te geven. Het is heel positief dat dat gebeurt, want participatie gaat verder dan “links” beleid. In Rotterdam bijvoorbeeld is die steun van de gemeente er niet waardoor projecten daar niet van de grond komen.

Kunnen jullie wat meer zeggen over de gezamenlijke voorzieningen?
We hebben een Gemeenschapsruimte die buiten de huur gehouden wordt en die door iedereen gebruikt kan worden, ook door mensen uit de buurt. Deze ruimte heeft ook een keuken en plek om te zitten. Daarnaast komt er een werkruimte die verhuurd zal worden aan een coöperatie.

Bij een wooncoöperatie moeten leden een bedrag inbrengen om lid te worden. Hoe hebben jullie dat geregeld?
Een wooncoöperatie is een Coöperatieve Vereniging waarbij de leden mede-eigenaar zijn en daarvoor een “inleg” betalen. Die inleg is bij De Nieuwe Meent vier duizend euro. Voor wie dat te hoog is hebben we een solidariteitsfonds. We hebben de inleg niet op een heel laag symbolisch bedrag gesteld—wat ook had gekund—om aan financiers zoals de bank te laten zien dat we zelf ook risico nemen. En we kunnen het geld ook goed gebruiken voor de bouw.

Hoe voorkom je dat wooncoöperaties van nu over zeg vijftig jaar tegenover hun huurders komen te staan, zoals dat met de woningcorporaties is gebeurd?
Door klein te blijven en geen grote club of bureaucratische organisatie te maken. Idealiter zijn wooncoöperaties steeds kleine eigen verenigingen die samenwerken en elkaar helpen bij ondersteuning, advies en financiering. Voorbeelden van die samenwerking zijn het Miethausersyndikat in Duitsland en de Woningbouwvereniging Gelderland (WBVG).

Tot slot, de Nieuwe Meent profileert zichzelf als een post-kapitalistisch project (zoals in een eerder interview in Amsterdam Alternative 34). Hoe moeten we dat zien?
Onze woningen worden collectief bezit, daar kan nooit winst mee worden gemaakt. Op die manier halen wij de woningen uit de markt en dus uit het kapitalistische systeem. Niet als kleine uitzondering maar hopelijk als deel van wat een groot aantal wooncoöperaties zal worden.

www.nieuwemeent.nl